A mortgage bank has the power to foreclose and sell the collateral if the debtor is in default. However, this power does not apply in full. There is a risk of abuse of power in this respect. The circumstances, motives and actions of the parties play a major role in this. In this situation, the interests of the mortgage bank and the debtor are diametrically opposed. The mortgage bank has an interest in claiming the outstanding claim and the debtor has an interest in maintaining his immovable property.
De Raad voor Onroerende Zaken ("ROZ") heeft op 4 juni 2018 een nieuw model voor de bankgarantie gepubliceerd. Het model voor de bankgarantie en de handleiding daarbij zijn te downloaden via de website van de ROZ.
In 2015 oordeelde de Hoge Raad dat een curator met succes in verzet kan komen tegen een faillissement dat op eigen aangifte van de rechtspersoon is uitgesproken. Er was in dit geval sprake van een (bijna) lege boedel en er bestond geen verwachting dat er gedurende het faillissement nog activa konden worden gegenereerd. De curator zou de afwikkelingskosten van het faillissement daardoor niet vergoed krijgen uit de boedel, maar zou deze kosten zelf moeten dragen.
Het leven van een bestuurder van bijvoorbeeld een besloten vennootschap gaat soms niet over rozen. Als het tegen zit en uw onderneming in zwaar weer verkeert, moet je voorzichtig zijn. Een bestuurder van een besloten vennootschap kan soms in privé aansprakelijk zijn. Het doen van selectieve betalingen aan leveranciers, die voor bijvoorbeeld een doorstart relevant zijn, crediteuren die dreigen met een procedure, faillissementsaanvragen of met het stopzetten van leveringen of wanneer men zich borg heeft gesteld is riskant, alhoewel de verlokking groot is.
Claiming damages for the loss/harm sustained by a lessor as a result of the lessee’s insolvency (i.e. ”loss owing to vacancy” [leegstandschade]) is an issue that comes up again and again. The Dutch Supreme Court has rendered a series of rulings on this matter, the most recent of which dates from 17 February 2017. On 3 July 2018, the Court of Appeal in The Hague delivered its judgment after the case had been referred back to it.
Een pre-packprocedure, kortweg pre-pack, mag niet meer worden gebruikt om werknemers te ontslaan of in dienst te nemen tegen andere arbeidsvoorwaarden. Zo oordeelde een kantonrechter van Rechtbank Limburg recent.
Wat is een pre-pack?
Introduction
On 17 November 2017, the Supreme Court confirmed the existing case law that if employees are entitled to payment in cash for unused leave due to the bankruptcy of their employer, such claims are considered to be estate debts, regardless of when the entitlement to such leave accrued (ECLI:NL:HR:2017:2907). This ruling was given as a response to a request for a preliminary ruling by the Leiden Subdistrict Court.
Het voorontwerp Wet homologatie onderhands akkoord ter voorkoming van faillissement moet het een in financieel zwaar weer verkerende onderneming mogelijk maken om buiten faillissement of surseance haar schulden te saneren door een akkoord op te leggen aan alle schuldeisers. Een faillissement kan hiermee worden voorkomen. De rechten van schuldeisers en aandeelhouders kunnen hierbij worden gewijzigd.
The case deals with the pre-pack of Estro, at the time the largest childcare provider in the Netherlands.
A pre-pack entails the court-appointed trustee confidentially preparing for the restart of trading by the insolvent company with the court's consent. If successful, the company is subsequently declared bankrupt and immediately restarted. Dutch law provides that transfer of undertaking rules do not apply in the case of bankruptcy.
The Dutch government has published a new draft of the Dutch Continuity of Enterprises Act II (the "WCO II") which seeks to introduce pre-insolvency measures in the Netherlands.