Op 11 juli 2014 heeft de Hoge Raad bepaald dat vorderingen van een huurder tot het verrichten van onderhoud en tot het verschaffen van huurgenot op zichzelf steunvorderingen kunnen opleveren bij een faillissementsaanvraag (ECLI:NL:HR:2014:1681).
In een recente uitspraak heeft het Hof Den Bosch een nadere uitwerking gegeven van de werking van artikel 61 van de Faillissementswet (“Fw”), die van belang is voor ondernemers die gehuwd zijn na het maken van huwelijkse voorwaarden (Hof Den Bosch 12 augustus 2014, GHSHE:2014:2773).
Huwelijkse voorwaarden en faillissement
Supreme Court of the Netherlands 11 July 2014 (ABN AMRO vs Berzona)
Introduction
The fate of a licence if the licensor is declared bankrupt is far from straightforward. Generally, the licensee has an interest in being able to continue using the licence "as normal". A recent ruling by the Dutch Supreme Court appears to support this. There is, as yet, no unequivocal answer.
Separatistenpositie
Pand- en hypotheekhouders nemen in het geval van een faillissement een bijzondere positie in, te weten de positie van een separatist. Separatisten staan in beginsel buiten het faillissement. Dat betekent dat de rechten van een separatist – waarvan het recht van parate executie het belangrijkste recht is – in stand blijven, ondanks een ingetreden faillissement.
Doorbreking separatistenpositie
De Hoge Raad heeft recent meer duidelijkheid gegeven over de positie van een pandhouder in het kader van een met de pandgever afgesproken opheffingsuitverkoop. Zowel het regime van parate executie en de wettelijke grenzen die aan verrekening in faillissement worden gesteld kwamen aan de orde in dit arrest. Kort gezegd: een afspraak dat executie via een opheffingsverkoop plaatsvindt kan zonder enig risico worden gemaakt.
Inleiding
Degene die als bestuurder namens de vennootschap heeft gehandeld dan wel heeft bewerkstelligd of toegelaten dat de vennootschap haar wettelijke of contractuele verplichtingen niet nakomt, is in bepaalde gevallen persoonlijk aansprakelijk jegens de benadeelde schuldeiser.
The Dutch Supreme Court on 11 July 2014 handed down a decision that improves the position of licensees in case of bankruptcy of a Dutch licensor, and of other parties deriving a right of use from a Dutch counterparty that goes bankrupt.