Fulltext Search

Binnen het Wetgevingsprogramma Herijking Faillissementsrecht worden wijzigingen van het faillissementsrecht voorbereid. Het wetgevingsprogramma bestaat uit drie pijlers, te weten (i) fraudebestrijding; (ii) versterking van het reorganiserend vermogen van bedrijven; en (iii) modernisering van het faillissementsrecht. Wij noemen in deze Update enkele maatregelen waarop al concreet zicht bestaat.

In het kader van het wetgevingsprogramma herijking faillissementsrecht is op 1 september 2014 het wetsvoorstel civielrechtelijk bestuursverbod ingediend bij de Tweede Kamer. Dit wetsvoorstel voorziet in de mogelijkheid om in geval van faillissement een (oud-)bestuurder of feitelijk beleidsbepaler van een rechtspersoon voor maximaal vijf jaar te verbieden een bestuursfunctie of functie als commissaris te bekleden binnen een rechtspersoon.

Het komt helaas voor dat een subsidieontvanger failliet gaat. Vanuit beleidsmatig oogpunt is het vaak wenselijk dat het gesubsidieerde, nog lopende project kan worden afgerond. Vanuit juridisch oogpunt is het echter de vraag of, en zo ja onder welke voorwaarden, de subsidie kan worden overgenomen door een derde die het project wil voortzetten. Zeker als de subsidie is verleend na een zogenaamde tenderprocedure, is het de vraag in hoeverre een subsidieverleningsbesluit nog gewijzigd kan worden.

Until now legal entities serving as board members, directors, or liquidators of companies could choose whether to subject themselves to VAT for the services they rendered. But according to the Belgian VAT administration’s published decision ET.125.180 on 20 November 2014, this optional regime will be abolished from 1 January 2015, making these entities liable for VAT mandatorily.

In Quadrant Structured Products Co. v. Vertin, C.A. No. 6990-VCL, 2014 Del. Ch. LEXIS 193 (Del. Ch. Oct. 1, 2014), the Delaware Court of Chancery held that when creditors of insolvent firms assert derivative claims, they need not meet the contemporaneous ownership requirement applied to stockholder-plaintiffs.

Op 1 september jl. is het wetsvoorstel Wet civielrechtelijk bestuursverbod bij de Tweede Kamer ingediend. De belangrijkste punten in het voorstel zijn:

Op 11 juli 2014 heeft de Hoge Raad bepaald dat vorderingen van een huurder tot het verrichten van onderhoud en tot het verschaffen van huurgenot op zichzelf steunvorderingen kunnen opleveren bij een faillissementsaanvraag (ECLI:NL:HR:2014:1681).

A bankruptcy court in Pennsylvania recently held that trade creditors who supplied goods to a debtor prior to its bankruptcy filing were not entitled to administrative priority status under Bankruptcy Code section 503(b)(9) because the goods were “received by the debtor” at the time they were placed on the vessel at the port overseas more than 20 days before the debtor’s bankruptcy filing, although the debtor took possession of the goods within the 20 day period.  In re World Imports, Ltd. — B.R. —-, 2014 WL 2750258 (Bankr. E.D. Pa., June 18, 2014).

Met de inwerkingtreding van de Wet Claw back op 1 januari 2014 eindigde een periode waarin diverse ondernemingsrechtelijke wetten in werking traden, waaronder de Wet bestuur en toezicht en de Flex-BV wetgeving. Op dit moment bereidt de wetgever enkele nieuwe wetsontwerpen voor. In de meeste gevallen staat daarin de rol van bestuurders en toezichthouders centraal. Zo ook in het voorontwerp Wet bestuur en toezicht rechtspersonen en binnen het Wetgevingsprogramma Herijking Faillissementsrecht.