Dutch law provides for an extension of the limitation period in relation to claims that were “deliberately hidden” from the creditor (article 3:321 (f) Dutch Civil Code). The extension also applies if the debtor deliberately hid the fact that the claim had become due and payable (upon fulfilment of a certain condition, for example). It is, however, unclear what kind of conduct qualifies as deliberate hiding.
The acknowledgement of a claim interrupts the five years’ prescription period for claims for payment (art. 3:318 DCC). On 21 April 2017, the Dutch Supreme Court answered the question whether the conduct of one company can qualify as the acknowledgement of a claim by another company (ECLI:NL:HR:2017:755).
Een failliet bedrijf kan aanlopen tegen handhavingsacties van bestuursorganen. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan verontreiniging van gronden onder een industrieel bedrijf, waartegen het bestuursorgaan optreedt door oplegging van lasten met sanering van de gronden als doel. Het bestuursorgaan komt dan de curator als beheerder van de boedel tegen. Kunnen bestuursorganen die bevoegd zijn om tegen bepaalde overtredingen op te treden nu de curator aanspreken tot naleving van de wettelijke verplichtingen ten aanzien van de milieuverontreiniging die voorheen op de onderneming rustten?