Until recently, an appeal to enter debt restructuring in proceedings opposing a bankruptcy order was not allowed by the Dutch lower courts. In a ground-breaking ruling on 26 March 2021, the Dutch Supreme Court (ECLI:NL:HR:2021:460) put an end to this practice.
The case
The Supreme Court decision in Bresco made it clear that a company in liquidation does have the right to adjudicate its disputes under a construction contract. Any difficulties concerning potential repayment by an insolvent company to the paying party if the paying party later should overturn the adjudicator's decision should be taken into account at the summary judgment hearing to enforce an adjudicator's decision.
Now, with the case of John Doyle v. Erith Contractors, we have further guidance as to how the court will approach enforcement.
As previously reported, the Corporate Insolvency and Governance Act 2020 (CIGA) had made some permanent and temporary changes to the insolvency regime.
Here we focus on the impact of CIGA on construction contracts and, in particular, how the new provisions impact on construction contracts and the Construction Act.
What is CICA?
Temporary Payment Deferral Act 2020
This proposal aims to prevent avoidable insolvencies and offer the court the option to:
Unfortunately your business can be confronted with bankruptcy of one of your (Dutch) business partners. In most cases this will damage your business. We can help you to avoid or limit damages. In this edition of TW FOUR we will set out FOUR ways to protect your business from the bankruptcy of one of your (Dutch) business partners.
De fiscale wetgever heeft in het kader van het Belastingplan 2018 voorgesteld om artikel 17 lid 2 Invorderingswet 1990 (hierna: “IW 1990”) te laten vervallen. Indien dit voorstel daadwerkelijk wordt ingevoerd, dan zou dit betekenen dat aan het verzet tegen de tenuitvoerlegging van een dwangbevel van de Ontvanger niet langer schorsende werking toekomt. Dit kan grote gevolgen hebben voor uw onderneming.
In een uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 28 april 2016 wordt één van de (middellijk) bestuurders van bouw- en sloopbedrijf Hildon Bouwservice B.V. (hierna: “Hildon”) veroordeeld om het tekort in de boedel te voldoen. Het beroep op disculpatie van de bestuurder faalt, omdat hij (kort gezegd) op de hoogte was van het handelen van zijn medebestuurder (tevens broer) en onvoldoende maatregelen heeft genomen om (de gevolgen van) de onbehoorlijke taakvervulling af te wenden.
Na jarenlange onduidelijkheid heeft de Hoge Raad op 3 juni 2016 geoordeeld dat op goederen die onder eigendomsvoorbehoud zijn geleverd een geldig pandrecht kan worden gevestigd. Dit is goed nieuws voor ondernemers.
Indien een jaarrekening wordt vastgesteld conform de vereenvoudigde procedure (zoals neergelegd in artikel 2:210 BW lid 5 BW), dan geldt een afwijkende (kortere) termijn van elf maanden en acht dagen voor het vaststellen en publiceren van de jaarrekening. Het tijdig publiceren van de jaarrekening na haar vaststelling is van belang voor bestuurders van een vennootschap om te voorkomen dat zij ingeval van faillissement door de curator aansprakelijk worden gesteld wegens onbehoorlijk bestuur ex artikel 2:248 lid 2 BW.